Dolm

Primitivisme. Gauguin, Picasso, Penck, Appel, Basquiat en de rest

Het oerelement in kunst. Authentiek en primair; het artistieke herstel van de verbinding met onze diepste oorsprong. Bevrijding van beschaving door primitivisme.

Zelfgemaakte reproductie van de Venus van Botticelli

Kijkend naar de prachtige schilderijen uit de renaissance of de indrukwekkende meesterwerken van het realisme ben ik onder de indruk van de technische vaardigheden van de schilders. Hun verfijning en vakkennis en het geduld waarmee ze het toepassen wekken bewondering. Tegelijk begrijp ik dat techniek en meesterschap belemmerend kunnen werken voor spontaniteit en onbevangenheid. Veel schilders ervoeren dat ook zo aan het eind van de twintigste eeuw. Na alle culturele, technische en maatschappelijke vooruitgang ontstond bij hen een verlangen naar vrijheid. Naar herstel van banden met de natuur. De ongerepte mens won aan waardering.

Soorten

Pre-primitivisme

Paul Gauguin liep voorop. Eerst zocht hij de bevrijding in Bretagne. Later vond hij zijn muzen en inspiratie op veel exotischer locaties. Henri Rousseau schilderde welige oerwoudtaferelen met prachtige planten en dieren. Vincent van Gogh liet zich inspireren door Japanse prenten. Ook heel bekend zijn de Afrikaanse maskers die Pablo Picasso al voor de eerste wereldoorlog verwerkte in zijn schilderijen. Allemaal bewijzen van een toegenomen belangstelling voor niet westerse kunst. Het is de kiem van het primitivisme.

Primitieve kunst 

Primitivisme is iets anders dan primitieve kunst. Sterker nog, primitieve kunst is een even verouderde als neerbuigende term die refereert aan de oudste kunst ter wereld en die impliceert dat de makers ervan nog enige groei moet gaan doormaken. Deze manier van kijken was een gevolg van de schokgolf die de evolutietheorie van Charles Darwin veroorzaakte. De inzichten die daaruit voortkwamen bleken aanvankelijk lastig in het juiste perspectief te plaatsen.

Westerse kunst

Veel westerlingen dachten dat ze voorop liepen in de logische loop der evolutie. Een enorme misvatting natuurlijk. Evolutie onderscheidt vertakkingen en alternatieve paden. Aan het eind daarvan worden geen lintjes uitgereikt. Schilders leken dat aan te voelen en bewonderden wat niet uit het westen kwam. Dat was in tegenstelling tot westerse kunst werk dat niet van het diepste wezen van de mens was vervreemd.

Niet-westerse kunst

Zoekend naar primitivisme in boeken kom ik interessante passages tegen. In ‘Kunst zien en begrijpen’ van kunstprofessor Herbert Read bijvoorbeeld. Mijn exemplaar is zestig jaar oud en dat is hier en daar goed te merken in de verouderde opvattingen van de auteur. Maar hij heeft een punt als hij schrijft over primitieve kunst: “Door middel van symbolische uitbeelding van een gebeurtenis denkt de primitieve mens dat hij het werkelijke van die gebeurtenis kan beïnvloeden en verzekeren. Het verlangen naar nageslacht, de dood van een vijand, het voortbestaan na de dood (…) is het motief voor het scheppen van een daarbij passend symbool.” Wat hij volgens mij zegt is dat de drijfveren van Leonardo da Vinci en een willekeurige medicijnman zich moeilijk laten vergelijken en hun producten evenmin. En zo is het. Ook al heeft Read het dan over primitieve kunst in plaats van niet-westerse kunst.

Geestverwanten in primitivisme

Picasso

Wie anders dan Picasso zou de vinger kunnen leggen op de betekenis van niet-westerse kunst? De belangwekkendste passage uit ‘Primitivism and modern art’ van Colin Rhodes is volgens mij een citaat van deze moderne meester. Vrij vertaald luidt die: “Schilderen is geen esthetische handeling; het is een vorm van toverij, ontworpen als bemiddeling tussen deze vreemde, vijandige wereld en ons. Een machtsgreep door vorm te geven aan onze ultieme angsten en verlangens. Toen ik me dat realiseerde, wist ik dat ik op de juiste weg zat.” Niet de techniek, maar de magie bepaalt de kracht van een kunstwerk. Eureka!

Corneille

Geprimitiveerde Venus van Botticelli

In het boek van Rhodes zie ik de werken van geestverwanten: Ernst Ludwig Kirchner, Paul Klee, Max Pechstein, Amedeo Modigliani, Emil Nolde, Adolph Gottlieb, Max Ernst en zelfs Jean-Michel Basquiat. Het zijn allemaal primitivisten. Ook Cobra komt ter sprake. Gelijk moet ik denken aan een film die ik zag waarin Corneille inspiratie snuift in Afrika. En aan een doek dat in Schiedam hangt van Karel Appel met de titel ‘ Oerbeest’.

Penck

Het boek van Rhodes eindigt ongeveer met A.R. Penck, de schilder wiens werk ik pas op zijn sterfdag leerde kennen. Nooit eerder zag ik zo letterlijk grottekeningen terugkomen in museale kunst. Het verruimde mijn kijkraam.

Botticelli maakte geen primitivisme

Nee, ik ben (nog) geen A.R. Penck. Zo direct en onbevangen is mijn werk niet. Maar wel hoop ik in het kielzog van bovengenoemde schilders techniek met magie te verrijken. In dat opzicht snap ik mezelf beter als ik onbewust een zelfgemaakte reproductie van de Venus van Sandro Botticelli beplak met repen behangpapier, die ik vervolgens overschilder met kopieën van grottekeningen. Verfijnde techniek en hoge cultuur maken plaats voor primaire jagersmagie. Of voor oer-Europese bronstijdstructuren in Keltische knopen. Leve het primitivisme!

Next Post

Previous Post

© 2024 Dolm

Theme by Anders Norén