De Neanderthaler was een slimme overlever. Zijn geschiedenis is langer dan die van de moderne mens nu is. In Neanderthal kan je er van alles over leren.
Vanaf het station loopt een pad naar beneden het Neanderthal in. Het modern vormgegeven museum is als eerste zichtbaar. Het staat er sinds 1996. Bordjes geven aan in welke richting zich 400 meter verderop de oorspronkelijke vindplaats bevindt. Er is ook nog een steentijdwerkplaats met een kunstroute. Ik kies ervoor eerst het museum te bezoeken. Daar is een permanente tentoonstelling ingericht over de menselijke evolutie in het algemeen en de neanderthaler in het bijzonder. Het helder gebrachte verhaal is niet nieuw voor me, maar de wassen beelden van onze voorouders die het illustreren zijn realistisch. Mede daardoor blijf ik het hele bezoek geboeid. Verder liggen er botstukjes, vuistbijlen en ander gereedschap.
Neanderthal
Het riviertje dat voor het museum loopt heet niet de Neander. Het is de Düssel. Als je hem volgt, kom je bij de vindplaats die sinds 1856 onherkenbaar is veranderd; de kalkrotsen die destijds de resten prijs gaven zijn nu helemaal afgegraven. Ook heeft er enige toepasselijke verfraaiing van het landschap plaatsgevonden. Zo vind ik het tegelpad dat 2,5 miljoen jaar geschiedenis van de mens voorstelt erg mooi. Af en toe geeft een markering een mijlpaal weer, bijvoorbeeld ongeveer halverwege als mensen vuur gaan gebruiken. Als de markeringen elkaar in de laatste meters snel opvolgen besef ik goed hoe weinig we weten over het grootste deel van de menselijke historie en hoe snel de ontwikkelingen elkaar de laatste millennia opvolgen. Zelfs de neanderthaler – die ‘slechts’ 200.000 jaar geleden in Europa verscheen – blijkt een relatieve nieuwkomer. Eigenlijk is dat onbevattelijk.
Neanderthaler
De homo sapiens neandethalensis leefde van 200.000 tot 30.000 jaar geleden. Hij evolueerde van ante-neanderthaler, vroege neanderthaler, pre-neanderthaler en proto-neanderthaler tot klassieke neanderthaler. Zijn leefgebied besloeg Europa en het nabije oosten in een tijd dat ijstijden en warmteperiodes elkaar afwisselden. Het waren zware leefomstandigheden. De neanderthaler bleek sterk en vindingrijk genoeg om zijn levenswijzen steeds opnieuw aan te passen en zo te overleven. Neanderthalers leefden in groepsverband als jagers en verzamelaars. Trektochten brachten hen tot 100 kilometer van hun leefgebied. Ze maakten werktuigen van steen en gebruikten bijvoorbeeld ook hout, pezen en berkenpek, onder andere om speren te maken.
Er is geen enkele aanleiding om te denken dat neanderthalers niet konden praten. Het gebruik van kleurstoffen en pigmenten was hen bekend. Ze maakten sieraden en ze verzorgden hun gewonden. Er bestaan begraafplaatsen van Neanderthalers. Het waarom van enkele gevallen van kannibalisme – noodzaak of ritueel – is onbekend. 80% Van de neanderthalers stierf voor het veertigste levensjaar. Botbreuken kwamen vaak voor, waarschijnlijk als gevolg van het jagen op groot wild vanaf korte afstand. Kauwgedrag, veelvuldig gebruik van de voortanden – als derde hand – en gebrek aan mondhygiëne veroorzaakten zware beschadigingen aan het gebit.
De eerste resten van een neanderthaler werden in 1856 ontdekt, nabij Düsseldorf. Met het verschijnen van Darwins evolutietheorie kort daarna, ontstond een fel wetenschappelijk debat over de duiding van de botten; misvorming of evolutie. Sindsdien hebben archeologen op enige tientallen locaties overblijfselen van neanderthalers gevonden en nog meer resten van hun activiteit – ook in Nederland en België.
Sapiens
Onze soort, de homo sapiens sapiens of soms ook Cro-Magnon, bestaat ‘slechts’ 100.000 jaar. Belangrijke verschillen met de neanderthaler zijn kleinere voorhoofdsholtes en oogholtes, de afwezige wenkbrauwrichel, de steile hoge schedel en het langere, slankere postuur. Ongeveer 40.000 jaar geleden trok sapiens het leefgebied van de neanderthaler binnen. De twee menssoorten hebben duizenden jaren naast elkaar geleefd. Ze kunnen in elkaar zijn opgegaan, er kan ziekte in het spel zijn of de neanderthaler kan uit zijn leefgebied zijn verdreven. Misschien is er sprake van een combinatie van factoren. De mist rondom dit vraagstuk trekt slechts heel langzaam op.
De laatste jaren ontdekken wetenschappers steeds meer over neanderthalers, onder andere dankzij DNA-technologie en onderzoek van achtergebleven kleine deeltjes aan stenen werktuigen. Zo weten we nu dat iedere Europeaan enig neanderthaler-DNA in zich heeft. Dat duidt erop dat de neanderthalers zijn geassimileerd door sapiens. Zeker is dat niet. Er bestaan ook rekenmodellen die aannemelijk maken dat de populaties uit zichzelf slonken en verdwenen. Het is heel goed mogelijk dat de moderne mens niets met de verdwijning van de neanderthaler heeft te maken. Dit in tegenstelling tot de beschrijving over neanderthalers in de onvolprezen bestseller Sapiens van Yaval Noah Harari. Genoeg raadsels om nog op te lossen dus.