De 5000 jaar oude grafheuvels in en rond de golf van Morbihan liggen goed verstopt. Wat ik aantref blijkt keer op keer een verrassing en incidenteel verboden.
Ik rijd bij Locmariaquer, een plaatsje dat rijkelijk bedeeld is met spectaculaire overblijfselen uit de Steentijd. De grafheuvel Mane er Hroech is daar niet de bekendste van.
Verborgen en verboden grafheuvels
Het bordje dat de richting aangeeft is makkelijk over het hoofd te zien. De parkeerplaats is piepklein. Het voetpad loopt tussen de huizen door naar het monument en aan het eind ervan vraag ik me af bij wat voor een rommeltje ik ben terecht gekomen. Planten woekeren en er staat een onooglijk dranghek dat me de weg verspert. Langzaam dringt tot me door dat ik de lange gang naar het binnenste van de tumulus niet in mag op last van de burgemeester van Locmariaquer. De reden is dat de stenen los zitten en levensgevaarlijk terecht kunnen komen. Nieuwsgierig loop ik een rondje en dan pas besef ik de enorme omvang van het ding; 100 bij 60 bij 8 meter. Tussen het groen zie ik talloze keien liggen. Niet heel erg teleurgesteld druip ik af; er blijft nog genoeg te ontdekken over.
Souvenir van een grafheuvel
Ook enorm (140 bij 16 meter) en ook in Locmariaquer ligt de grote Er Grah Tumulus. Daar wil de burgemeester me wel graag naar toe hebben, want in de wijde omtrek staan bordjes die me de juiste richting wijzen. Wellicht hangt dat samen met het aanpalende souvenirwinkeltje en het loket waar entreegeld wordt gevraagd. Op hetzelfde terrein bevinden zich een in stukken gevallen menhir en de prachtige Table des Marchands, een cairn met gegraveerde stenen die ik in kan. Dat laatste geldt niet voor de tumulus Er Grah. De afgesloten grafheuvel bestaat alleen uit stenen, het zand en steengruis is verdwenen.
Gang van 12 meter
Aan de andere kant van de brede rivier bij het plaatsje Le Bono ligt de tombe van Kernours. Met een doorsnede van 20 meter en een hoogte van 4 meter is hij stukken kleiner dan Mane Hroech. Toch is ie de oversteek meer dan waard, alleen al vanwege de spectaculaire geknikte 12 meter diepe gang die ik wel in mag. De wegwijzers zijn duidelijk, de parkeerplaats is groot en het gras op de heuvel is pas gemaaid.
De terminologie blijft verwarrend; mijn megalietengidsje noemt dit prehistorische bouwwerk geen grafheuvel of tumulus, maar een ‘dolmen a couloir’. Niet geheel onterecht, want in tegenstelling tot Mane er Hroech bestaat de gang hier uit grote stenen die sterk doen denken aan onze Nederlandse hunebedden. Datzelfde geldt voor het monument bij Kercado, nabij Carnac. Ook deze heuvel is niet groot, maar de donkere gang is eveneens vrij toegankelijk. Op de top staat een kleine menhir en rondom de heuvel bevindt zich een onvolledige steenkring. Het bord bij de parkeerplaats dateert de heuvel op 4500 voor Christus.
Gratis
Ook nabij Carnac ligt de tumulus van van Crucuny. Hier betreft het een klein keurig gemaaid heuveltje zonder parkeerplaats, maar met decoratieve menhir op de top. Niet groot, geen gang en geen informatie. Eigenlijk amper de moeite amper waard als je hem afzet tegen de concurrentie. Het klinkt gek, maar met zo veel aanbod zet ik die oude bouwwerken toch tegen elkaar af. Daarbij concludeer ik dat ik de gratis toegankelijke sites in veel gevallen minstens net zo interessant vind als die waar een loket voor staat.
Grafheuvels in Nederland
Ook in ons land kan je grafheuvels bezoeken. Grafheuvels in Nederland zijn prachtig, maar bieden een andere sensatie dan die in Frankrijk. De oudste exemplaren staan kaal in het landschap; de kleine stenen en aarde van de toplaag kregen een nieuwe bestemming in huizen en dijken. Wat overbleef zijn onze hunebedden in Drenthe. Toch hebben we meer grafheuvels dan hunebedden in Nederland. Deze komen uit een latere periode en beschikken niet over een ingang. Op de Veluwe kan je bijvoorbeeld prachtige wandelingen maken langs deze grafheuvels.